SmartFire pelletgestookte boiler heeft een compact ontwerp. De meeste componenten zijn binnenin geïnstalleerd, achter de behuizing die beschermt tegen schadelijke externe factoren en mechanische schade. Binnenin de SmartFire-boiler bevinden zich twee hoofdonderdelen: het lichaam en het brandstoftoevoersysteem.

Ketellichaam bestaat uit: verdeelstuk, stalen warmtewisselaar, verbrandingskamer en asladekamer. De stalen warmtewisselaar omvat verticale rookgasafvoerbuizen en deflector. De warmtewisselaar is uitgerust met een handmatig reinigingssysteem. De warmtewisselaar zit op het onderste deel van het ketellichaam dat de verbrandingskamer, asladekamer en uitlaatspruitstuk omvat. De brander is geïnstalleerd in de verbrandingskamer. De brander is uitgerust met een automatisch reinigingssysteem. De brandstof wordt van bovenaf aan de brander geleverd dankzij zwaartekracht, met behulp van de schroeftoevoer. Direct onder de verbrandingskamer bevindt zich de asladekamer waar de aslade is geïnstalleerd om as van de brander te verzamelen.

De tweede hoofdeenheid van de ketel heeft betrekking op het brandstoftoevoersysteem dat een integraal onderdeel is van de brandstofdispenser die het deel van de externe behuizing van de ketel omvat. Het bestaat uit: brandstofdispenser, brandstofschroefvoeder samen met de motoreducer. Brandstof wordt gevoed vanuit de dispenser met schroefvoeder die de brandstof naar de brander in de verbrandingskamer voedt. Het ketellichaam is gekoppeld aan het toevoersysteem dankzij de geflensde schroefvoeder. De voorwand van de SmartFire-ketel is voorzien van twee afdekroosters. Onder het linker afdekrooster bevindt zich een toegangsdeur die toegang tot de verbrandingskamer en de asladekamer garandeert. Onder het rechter afdekrooster bevindt zich de toegangsopening voor het onderste deel van het brandstoftoevoersysteem en de controller. Boven het rechter afdekrooster, op de voorwand, is het display geïnstalleerd dat de gebruiker informatie geeft over de huidige status van de ketel, bedrijfsparameters en waarmee de ketel kan worden ingesteld.

De inlaat en uitlaat van het verwarmingswater die bedoeld zijn voor de aansluiting van de ketel op het centrale verwarmingssysteem, bevinden zich op de achterwand van de ketel en zijn voorzien van een interne schroefdraad G1L” stompbuis. De achterwand van de ketel is ook voorzien van een uitlaatbreeching die uitlaatgassen afvoert naar de schoorsteen. De achterwand van de ketel is voorzien van een afzuigventilator. Boven de breeching bevindt zich een uitlaattemperatuursensor. De controller regelt het volume van de lucht die door de ventilator wordt aangevoerd.

De buitenmantel en het ketellichaam zijn geïsoleerd met minerale wol die beschermt tegen warmteverlies tijdens de werking van de ketel. De ketelmantel is voorzien van hoogwaardige gepoedercoate stalen platen.

Temperatuurthermostaat

Een geavanceerde controller regelt de werking van de ketel en het ketelruimtesysteem, inclusief pompen, kleppen, actuatoren, buffers en de ketel. Op deze manier vormen alle apparaten een geïntegreerd systeem om optimale prestaties te garanderen.

Pneumatisch pellettransport- en opslagsysteem

Een geavanceerde controller regelt de werking van de ketel en het ketelruimtesysteem, inclusief pompen, kleppen, actuatoren, buffers en de ketel. Op deze manier vormen alle apparaten een geïntegreerd systeem om optimale prestaties te garanderen.

Doorsnedetekening van de ketel:

De doorsnedetekening is alleen ter referentie en kan afwijken van de werkelijke ketelconstructie.

Vermogen: 11, 15, 17, 22, 31, 41 kW